Spaarrente is geen ingewikkeld fenomeen. Het is het percentage dat per jaar uitbetaald wordt over spaargeld. De bank geeft een vergoeding voor het ter beschikking stellen van het geld. Door dat geld uit te lenen kan de bank er immers flink op verdienen: over leningen brengen ze een rente in rekening die veel hoger is dan de spaarrente.

De begrippen ‘nominale rente’ en ‘effectieve rente’ roepen nog weleens vragen op. Meestal zijn ze bij spaarrekeningen gelijk aan elkaar. Soms is er een verschil. Dat komt door het aantal keren dat er in een jaar rente uitbetaald wordt.

Renteberekening per dag met nominale rente

De rente die de bank uitbetaalt wordt per dag berekend. De computer berekent met het saldo en het rentepercentage hoe hoog het rentebedrag voor die dag is. Het rentepercentage waarmee gerekend wordt is het nominale rentepercentage. Deze rentebedragen bij elkaar opgeteld leveren een rentebetaling op. Dit wordt aan het eind van de renteperiode op de spaarrekening bijgeschreven.

Nominaal rentepercentage

Met het nominale rentepercentage wordt de rentevergoeding per dag berekend over het saldo op uw spaarrekening.

Rente-op-rente = samengestelde interest

Op de meeste spaarrekeningen wordt één keer per jaar rente uitbetaald. Dan is de nominale spaarrente gelijk aan de effectieve spaarrente. Er ontstaat pas een verschil als er meerdere malen per jaar renteboekingen gedaan worden, bijvoorbeeld per kwartaal. De spaarder krijgt dan na het eerste kwartaal rente bijgeschreven. Keurig berekend naar het aantal dagen dat het spaargeld op de rekening heeft gestaan. Door die bijschrijving wordt het saldo van de spaarrekening hoger. En zal er – als er niets wordt opgenomen en het rentepercentage gelijk blijft - na het tweede kwartaal een beetje meer rente bijgeschreven worden. Dit noemen we het ‘rente-op-rente-effect’, of ‘samengestelde interest’.

Uitkomst per jaar is effectieve rente

Kijken we aan het eind van het jaar welk percentage aan rente er in totaal vergoed is, dan is dat bij meerdere rentebetalingen per jaar meer dan het nominale percentage over het saldo. Door dat rente-op-rente-effect. De uitkomst is de effectieve spaarrente.

Voorbeeld nominale rente:

Inge stort op 1 januari een bedrag van € 10.000 op een spaarrekening met een nominale spaarrente van 2%. De spaarrekening keert eens per jaar rente uit. Precies een jaar later krijgt Inge rente bijgeschreven: een bedrag van € 200 (2% x € 10.000).

Voorbeeld effectieve rente:

Marco stort op dezelfde datum ook € 10.000 op een spaarrekening met een nominale spaarrente van 2%. Deze spaarrekening keert eens per kwartaal rente uit. Na het eerste kwartaal krijgt hij een bedrag van € 50 aan rente bijgeschreven (vereenvoudigd berekend met 3/12, dus niet exact met dagrente). Het saldo is dan € 10.050. Na het tweede kwartaal is de rentebijschrijving € 50,25 (2% x € 10.050 – gedeeld door 4). Het derde kwartaal levert € 50,50 op en het vierde kwartaal € 50,75. In totaal heeft Marco na een vol jaar € 201,50 aan rente ontvangen. De nominale spaarrente van 2% komt hier uit op een effectieve spaarrente van 2,015%.

Van twee rekeningen met hetzelfde nominale rentepercentage levert uitbetaling per kwartaal u dus een beter (effectief) rendement op dan uitbetaling per jaar.

Vergelijken van spaarrekeningen

Het vergelijken van spaarrekeningen moet dan ook niet draaien om de nominale spaarrente. Bij de keuze voor een spaarrekening gaat het om wat u werkelijk aan rendement ontvangt: de effectieve spaarrente. Die zou dan ook leidend moeten zijn bij uw keuze voor een spaarrekening.

Meer over spaarrente

VanSpaarbankVeranderen.nl maakt gebruik van Cookies.